14 jaar cel voor doden snackbarhouder



De rechter verklaarde bewezen dat L. snackbarhouder Lam met geweld om het leven heeft gebracht en veroordeelde hem tot 14 jaar gevangenisstraf. Die straf had de officier van justitie ook geëist.

L. heeft ontkend iets met de zaak te maken te hebben. Zijn advocaten hebben betoogd dat er onvoldoende bewijs was voor een veroordeling en dat hun cliënt moest worden vrijgesproken. De rechtbank kwam tot andere conclusies.

Zij vindt dat is vast komen te staan dat L. op de late avond van 15 juli 2010 een bezoek bracht aan het Chinese afhaalcentrum van Lam in Amsterdam-Noord. Om onduidelijk gebleven redenen heeft L. het slachtoffer gedood.

De lichaamsdelen van het slachtoffer werden drie dagen later aangetroffen in de vuilcontainer, een paar kilometer verderop. In oktober 2010 arresteerde de politie de uit Hongkong afkomstige L., een bekende van Lam. Voor een vooropgezet plan om Lam om het leven te brengen – moord – achtte de rechtbank geen bewijs aanwezig. De officier van justitie was tot de zelfde slotsom gekomen.

Ondanks het feit dat sectie op de lichaamsdelen geen duidelijkheid heeft kunnen verschaffen over de vraag hoe Lam is gestorven, is het voor de rechtbank duidelijk dat dit door geweld is geweest. De rechters hekelden het feit dat L. geen inzicht heeft willen geven in de gebeurtenissen. De kinderen en andere nabestaanden van Lam worden daardoor in onwetendheid gelaten over wat het slachtoffer heeft moeten doorstaan.

vrijdag 09 maart 2012, ANP, Richard Kok